Inclino- en goniometers zijn hoekmeters. Met deze hoekmeters meet je het bewegingsbereik van je patiënten van bepaalde gewrichten in graden. Denk hierbij aan de hoek tussen de boven- en onderarm (de elleboog), de boven- en onderarm (de knie) en de pols.
Met een goniometer meet je het bewegingsbereik van diverse gewrichten. Dit noem je ook wel de range of motion. Met een goniometer meet je eenvoudig je de range of motion van vingers, polsen, ellebogen, armen en knieën van je patiënten. De anatomische modellen en een anatomieposter zijn slimme hulpmiddelen om je patiënt te laten zien wat je gemeten hebt.
Voor het specifiek meten van de gewrichten van handen en vingers bij je patiënten kun je het beste een vinger goniometer kopen. Vinger goniometers zijn kleiner van formaat, hebben een andere schaalverdeling en zijn speciaal gemaakt om het bewegingsbereik van de vingergewrichten te meten. Met een vinger goniometer kun je de flexie, extensie en hyperextensie van vingers meten. Gebruik een vinger goniometer voor het meten van de beweeglijkheid van de vingergewrichten (metacarpofalangeaal en interfalangeaal) en andere kleine gewrichten van je patiënten zoals in de tenen.